Ga direct naar de inhoud.

De Heer D Ping (01-12)

De Heer D o Ping

Wie dacht dat het na het 'dopingreglement' met de jonge duivenspecialisten afgelopen zou zijn kwam dus bedrogen uit. Namen van 'oprollers' rijden ook nu nog over de tong.  Ze worden beschuldigd, beschimpt of anderszins beschadigd. Maar toen iemand me zei te geloven in een vijfde colonne die hetzelfde middel gebruikt (uit Amerika nog wel) en dat zorgvuldig geheim houdt noemde ik dat een onverantwoord na'eve simplificatie van irrealistische illusionisten. Daar had hij niet van terug. Als enkelen de massa in een wurggreep houden is dat niet goed. Zelfs niet voor die enkelen, de oprollers dus. Want het Vae Victis (wee de overwonnenen) maakt niet zelden plaats voor 'wee de overwinnaars'. Na mijn bezoek aan misschien wel de beste speler aan deze kant van de Chinese muur weet ik het nu zeker: Successen schudt je niet uit een flesje.

 TOPPER
Ping heet hij. Douwe Ping. Al lange tijd stond hij op mijn verlanglijstje want veel had ik over hem gehoord en hem niet te kennen ervoer ik als een gemis. Ping staat op eenzame hoogte en weet dat. Hij zoekt geen vijanden (en nog minder vrienden) maar tegen hem met duiven spelen is op voorhand een verloren strijd. Zijn verbijsterende uitslagen wekken een enkele keer bewondering maar vaker nog afgunst. Zelfs zijn naam moet het ontgelden.

Men moet weten dat de sport hem geen windeieren legt en als je dan Ping heet is de link tussen je naam en hobby gauw gelegd. Als de medemens onderuit moet bezitten sommigen toch een opmerkelijke vindingrijkheid. Omdat hij niet meer tot de jongste behoort wordt hij ook wel 'De ouwe Ping' genoemd. Is het niet flauw?

Ook het feit dat hij, zoals meestal, het grootste spektakel levert met jonge duiven  was aanleiding tot toespelingen op zijn naam. 'Met d'ouwe Ping, met d'ouwe moet je presteren, dan heb je pas goede.' Het deed Douwe weinig. 'De tol van de roem' glimlachte hij niet zonder medelijden met de concurrentie of wat meende daar voor door te gaan. Kortom Ping is omstreden. Hij wordt bewonderd en verguisd. Maar het is mensen nu eenmaal eigen zaken door een gekleurde bril te zien. Een man van 80 die de zesdaagse uitloopt noemt men een 'krasse bejaarde'. Tikt dezelfde man een beeldschone 18-jarige tegen de billen dan is het een 'oude viezerik'. Toch mag worden verondersteld dat het plegen van de liefdesdaad minder lichamelijke inspanningen vergt dan het uitlopen van een zesdaagse.

RODDELS
Ping heeft het roddelcircuit, zoals vaak gebeurt als iemand te ver boven de rest uitstijgt, in hoge mate geactiveerd. En omdat het enkel de groten gegeven is afgunst en kritiek teweeg te brengen prikkelden die roddels mijn nieuwsgierigheid nog meer. Ik wilde hem leren kennen. Want slim als ik meen te zijn, zou ik gegarandeerd ontdekken of hij werkelijk 'iets had' als ik eenmaal met hem aan de praat zou raken. Dus stond ik op een goede dag bij hem op de stoep.  Zelfs het naamplaatje had het moeten ontgelden stelde ik verbijsterd vast.  Van de punt na de D had men een 'o' gemaakt. 'DoPING' stond er toen. Met ingehouden adem belde ik aan.

 PING ZELF

Ping deed zelf open. De aanblik van de grote vedette, het besef oog in oog te staan met Douwe Ping himself (the one and only) deed meteen alle zelfvertrouwen uit me wegvloeien. Hij keek vriendelijk maar daardoor liet ik me niet misleiden. Ik ken meer vriendelijke gezichten waarachter een geslepen boosaardigheid schuil gaat. 'Dag... eh meneer de kampioen,' stamelde ik. 'Jeetje' reageerde Ping. 'Ben jij het?' 'Helemaal' zei ik. Ik kon moeilijk zeggen dat ik het niet was. 'Wat aardig,' ging Ping verder, 'kom jij voor de krant?' Ik knikte. 'Eindelijk erkenning', zuchtte hij. 'Als je de pers geen geld toesteekt kom je niet gauw in de krant, he?' Ik antwoordde niet en keek om me heen. Overal bekers en trofee'n. Ik kon niet nalaten bewonderend tussen de tanden te fluiten. 'Prachtig he?' Ik knikte weer. 'Je ziet zo dat U niet de eerste de beste bent, meneer Ping.'

INDRUKWEKKEND
‘Vind je?' kraaide hij. Ik voelde meteen dat het tussen ons klikte. Dat had ik nu juist nodig om mijn bezoek tot een succes te maken, om zijn geheim te ontfutselen en was nu niet meer te stoppen. 'Het lijkt wel of alle bekers van heel de wereld hier verzameld zijn, meneer Ping.' 'Wat zeg je dat mooi' pingde hij een traan weg. Ik bestudeerde hem aandachtig. Wat een onmetelijke wijsheid moest er onder zijn schedel schuil gaan. Zou HIJ me dan uit de droom helpen? Zou ik nu, op deze dag, te weten komen hoe ook ik vluchten op kon rollen? Ik voelde pareltjes zweet op mijn voorhoofd. In de woonkamer was de aanblik dezelfde als in de hal. Bekers en nog eens bekers. Tegen een wand echter stond een rij ordners. In de gauwte las ik wat er op stond: 'Uitslagen.' 'Stambomen' 'Kweekboek' 'Hoklijst'. Maar wat stond DAAR? Op die ordners in de hoek? Het ontnam me bijna de adem: 'Strikt geheim'.

 WAT?
Ik keek er naar en Ping keek naar mij. En... je voelde het: In deze kamer heerste het intellect, buiten de wanorde. Ping keek schichtig om zich heen, om te zien of niemand op ons lette natuurlijk, boog zich voorover, bracht de hand naar de mond, verlaagde zijn stem tot op fluisterhoogte en zei: 'Niet naar vragen Schaerlaeckens, er zijn nu eenmaal dingen die ik liever voor me houd.' Ik was diep geroerd. Wat een vent. Zo zie je er weinig. Hoe oprecht ook. 'Ik dacht het al,' stamelde ik, ook een traan wegpinkend, 'maar mijn tragiek is dat ik zulke dingen nu eenmaal meteen doorzie' en vervolgens de keel schrapend: 'Eigenlijk KWAM ik daar toch voor, meneer Ping. Er wordt gepraat en de liefhebbers hebben recht op informatie. Maar U lijkt niet alleen slim, niet alleen een groot kampioen, U lijkt ook een fijn mens. U moet me helpen. Ik beloof er met niemand over te praten als U mij Uw geheim prijsgeeft.' En nu de stem verheffend: 'WAT GEEFT U AAN UW DUIVEN?'
Ping knalde meteen terug: 'Jongeman, een goed hok, goede duiven en melker zijn! Dat is het en niets anders!' Maar ik ben ook niet van gisteren. Want gewichtig doen en weinig zeggen? Zo ken ik er meer! 'Anders niets?'

 DRUPPELEN
Ping stak een sigaar op en blies voldaan de rook in een parkietenkooi. De arme vogeltjes begonnen meteen amechtig te kechen als oude mannetjes die een pakje zware per dag roken. Ping glimlachte en ging verder. 'Anders niets? Schaerlaeckens, rakker die je bent. Je hebt meer hersens als die kop van je doet vermoeden. Wat ik zojuist zei was inderdaad een schijnbeweging.' En nu fluisterde hij zo zacht dat ik hem amper kon verstaan: 'Je moet ze druppelen...' Verrast veerde ik overeind. 'En al die mannen die druppelen en toch geen platte prijs winnen?' vroeg ik. Ping schudde mismoedig het hoofd. Geteisterd door wanhoop vanwege zo veel domheid mijnerzijds? 'Tj, tj, tj,' klakte hij met de tong. 'Jongen, je valt me niet echt mee,' vervolgde hij moedeloos. Kennelijk begon ik hem te vervelen, hij sperde de mond wijd open, geeuwde luid, strekte de benen en sloot de ogen. Ik was sprakeloos. Zat ik tegenover een genie, een halve gare of hield hij me voor de gek? 'WANNEER EN WAARMEE MOET IK DAN DRUPPELEN?' schreeuwde ik nu bijna. Maar Ping begon te knikkebollen, erger nog: Hij hoorde me niet meer. Had ik daarvoor die lange rit gemaakt? Maar ik MOEST het weten, wierp een schichtige blik op de slapende Ping en sloop naar de boekenplank. Ik greep de ordner die al enige tijd door mijn hoofd had gespookt, die waarop geschreven stond 'STRIKT GEHEIM' en opende die.
DE ORDNER WAS LEEG!: LEEG! Ik keek naar Ping.  Hij snurkte. Maar zag ik dat goed? Had hij een grijns op zijn gezicht? Ja waarachtig, hij had een grijns op zijn gezicht. Ik vloekte en sloop naar buiten.

DE MORAAL
Vaak wordt me gevraagd wat men moet doen om beter te spelen. 'Betere duiven aanschaffen, die gezond houden en de rest is bladvulling' is dan mijn antwoord. Eentje geloofde er niets van. Maar de ironie van het lot is soms verpletterend: Het was dezelfde man die ooit de schrik van de streek was. De moraal? Geloof toch niet in geheimen die niet bestaan beste lezers. Wondermiddelen? Blijf er af, smijt ze met een grote boog het raam uit. Ze zijn als een zeepbel die onmiddellijk uit elkaar spat als je er naar grijpt. Ik ken de liefhebber. Om te presteren heeft hij alles over, maar...  Al die middeltjes om beter te spelen werken als schoenpoets waarmee men tracht vlekken te verwijderen.  
 Sommigen doen graag geheimzinnig, ik weet het. Wat ze doen is het volk geven wat het begeert: HET GELUID VAN HOLLE VATEN! Het geloof in geheimen en middeltjes is al zo oud als de sport zelf. Maar is de mens als zodanig niet een bron van ellende voor zichzelf? Adverteer pillen om te vermageren 'wetenschappelijk samengesteld' en U bent koopman. Verkoop zalf die rimpels doet verwijderen (met foto's van wat adembenemend vrouwelijk schoon) of een haargroeimiddel dat 'in Amerika zijn doeltreffendheid heeft bewezen' en succes verzekerd. Als je wat handig bent in het opstellen van advertenties kun je de medemens zelfs doen geloven dat zijn potentie verhoogt als hij een geruite pet draagt. Wie varen er wel bij? De mannen die die wondermiddelen verkopen. De kopers zijn allemaal op weg naar hetzelfde eindstation: DE DESILLUSIE !!

 GAUW VERDIEND
Geld verdien je nergens makkelijker dan in duivensport denk ik soms. Fabriceer een of ander goedje en verzin er een goede naam bij. Termen als 'bio' 'speed' 'shock' enzovoorts doen het bij voorbaat. Huur iemand in die goed advertenties op kan stellen en vooral... vergeet niet wat namen aan te halen van lui die uw spul al jaren geven en nu zo menslievend zijn hun geheim prijs te geven. Succes verzekerd.
© copyright 2020 Ad Schaerlaeckens