Ga direct naar de inhoud.

The day after (14-07-2020)

Zondag 28 juni. Gisteren was het voor velen ‘de vlucht der vluchten’; Nationaal Bourges 1. Een maand terug werd er nog niet met duiven gespeeld maar dat was op te lossen met ‘een snelcursus naar kleine fond’ zo bleek uit de massale deelname van 45.000 duiven. De weersvoorspellingen waren bar en boos. Hevige onweders, windstoten, hagel, felle regenbuien, het kon niet op.

Het werd evenwel fraai weer, optimale zichtbaarheid, droog en wind van achter. Je zou een supersnel verloop verwachten, maar daarvan is op de eerste National zelden sprake. Ook nu niet. Een prijsduur van meer dan een uur is immers te lang voor amper 500 km en wind ‘mee’.

 OOK LEERZAAM

Opvallend het aantal doorgaans prima spelers dat van Bourges amper aan een prijspercentage van 50% kwam. Dat is te weinig voor topspelers. Eigenlijk zou je in gesprek moeten gaan met een topspeler na een barslecht resultaat. Die reportages vanwege een kampioenschap of een zege kennen we onderhand wel. Goede spelers die ‘op de bek gingen’ hebben mogelijk meer te vertellen.

-Waaraan wijten ze hun slecht resultaat?

-Deden ze iets anders, wat ze normaal nooit doen?

-En hoe reageren ze er op? Wat wordt gedaan om het tij te keren?

Zulke vragen kunnen interessante antwoorden opleveren. Maar na een slechte uitslag heeft niet iedereen zin in zo’n gesprek. Met Bart zou het wel lukken. Hij heeft zoals ook Dirk D en Serge dat directe dat veel Nederlanders hebben. Nergens omheen draaien, zeggen zoals het is.

 BART

Die Bart, maar dat had U mogelijk al begrepen, is van Oeckel. Maar eerst iets over zijn fenomenale jaarling duivin, gekocht bij Geert Lambrechts, die het seizoen zo spectaculair opende met: 

13 Juni Melun 2.150 d – 1

20 juni Sermaises 3.137 d – 1

27 juni Sermaises 1.986 d – 1

28 juni  Quievrain 686 d – 3.  

Dus van Sermaises, zelfde dag als Bourges, net thuis en weer de mand in voor Quievrain. Alles heeft een reden en deze had te maken met de Gouden Duif. Bart heeft zich het winnen er van als doel gesteld. En als hij zo iets doet… Bourges was slecht, maar een dag nadien al werd het team weer gelapt om het zelfvertrouwen te herwinnen. Overigens zit die Bourgesploeg op hetzelfde hok en krijgen die dezelfde begeleiding als het ploegje van twaalf dat op HaFo zo schittert. ‘Leg het maar eens uit.’

 ACHTER

Zondag was het dan de beurt aan de vitesse. Met jongen lopen wij altijd wat achter. Die hadden nog maar een of twee keer Quievrain gehad en nu naar Noyon (235 km). Met zo weinig ervaring kon je niet veel verwachten maar het viel niet eens tegen. Jongen ineens van Quievrain (130 km) naar Melun (zo’n 200 km verder) kan ook, maar dan moeten die toch minstens drie keer Quievrain gevlogen hebben.

Enkele jaren terug hadden we zo’n jong. De vader was een zoon Rudy, dus geen goedkope. Noyon werd overgeslagen en bij bloedheet weer en tegenwind werd ze van Quievrain op Melun gezet. Ze won niet alleen de 1e prijs maar was ook sneller dan alle andere duiven in heel Antwerpen, oude inbegrepen. De Miel schreef toen: ‘Met zulk weer op de eerste HaFovlucht ook alle oude kloppen is niet evident.’

 RAADSEL

Ook gezien de afstamming meende ik goud in handen te hebben en gaf enkele vrienden van dezelfde soort. Helaas had ik het mis. Ze heeft er niets meer van gebakken. En weer vraagt een mens zich af hoe zo iets kan. Een duif kan met loodzwaar weer toch niet per toeval zo’n 10.000 duiven achter zich laten?

 JONGEN

Uit je beste kweek je later meestal nog wat jongen. Speel ze! Als je ze thuis houdt kan je er nog zelden iets mee aanvangen. Voor de kweek? Riskant. Goede kwekers zijn er zo weinig. Ook als vlieger zijn die latere onervaren jongen veelal waardeloos.

Ervaring is belangrijk. Zelf heb ik al vaak volgende fout gemaakt: Als een jonge duif uit prima ouders enorm presteerde en ook nog eens mooi was, werd ik daar voorzichtig mee. Die bleef bij minder goed weer thuis, dan kon ze ook niet verloren gaan. Het bleek vaak uitstel van executie. Ze gingen als jaarling verloren als het weer niet al te best was. Duiven die als jong amper gespeeld werden en toch goede vliegers werden bestaan, maar geloof me, het zijn uitzonderingen. Dus jongen die weinig mand zagen? Doorgaans is er weinig mee aan te vangen. 

 MOOI

Op onze eerste Noyonvlucht werd begonnen met de 3e prijs tegen 1.625 duiven.  Waarom ik er melding van maak? Het is een bijgehaalde duif en bijgehaalde duiven die presteren daar houd ik van. Omdat ze zo zeldzaam zijn en je er misschien mee vooruit kunt. Natuurlijk moet zo’n duif nog veel bewijzen, maar het begin is veel belovend.

 KENNER? KOMAAN

Het was partner Willy, die van Werner Sas uit Vosselaar op mijn advies enkele bonnen had gekocht. had. Werner komt wel eens letten, ik wist dat hij succesvol was met duiven van Gert Heylen en die heeft goede. Dat vindt zelfs vedette Willy Daniels. Toen de jongen ‘gaar’ waren belde Sas, wij er naar toe en ik mocht er twee uitkiezen. Eigenlijk waren ze wat te jong om nog mee te spelen, waarom we dat toch deden kon men lezen.  

Sas is niet wereldberoemd, hij heeft geen eigen website, geen foto’s van zijn duiven, simpele pedigrees, maar de duiven die we er haalden zijn nu al beter dan talloze  waardeloze graaneters waarvan de volle broers en zusters voor bizar veel geld online verkocht werden. Ofwel, je hoeft niet perse bij de ‘groten’ te zijn om aan goede te geraken. Overigens is die Gert Heylen voor mij al een grote.   

 LAPPEN

Soms hebben liefhebbers om uiteenlopende redenen amper kans hun jongen gedegen te lappen. Ik zal U zeggen wat ik in de 90-er jaren deed. Mijn schoonbroer lag destijds in Brussel in het ziekenhuis en we mochten op bezoek vanaf 19.30 u. Brussel was (toen) een uur rijden en was voor de duiven ‘in de richting’. Ik besloot het bezoek te combineren met jongen lappen, maar reed wel om 4 uur weg. 5 Uur los was al laat genoeg, dacht ik.

Ik moest nadien wel de tijd zien te vullen maar je moet er iets voor over hebben. Toen ik ’s avonds thuis kwam recht naar het duivenhok. Alles zat binnen. Bij mijn volgende bezoek reed ik een half uur later weg en loste dus een half uur later. Weer alles thuis. Ik werd steeds brutaler en eindigde met de jongen 75 km van huis te  lossen om 19.30 u. Geen enkel probleem zo bleek. Vanaf toen nam ik ze twee of drie avonden per week mee naar Brussel. Je kan niet geloven hoe ze presteerden.

 DE GUST

Overigens reed ik de eerste keren langs Gust Christiaens. Die reed voor omdat hij in Brussel bekend was. Gust was een speciale maar met een goed hart! En wat ik geleerd heb is dat je mensen moet beoordelen op hun GOEDE eigenschappen of je houdt niemand over.